Welkom

NEDERLANDS

Welkom


De rijke textielfabrikant Jean Cavrois vroeg aan de Parijse architect Robert Mallet-Stevens nabij Lille en Roubaix een riante optrek te ontwerpen (1929-1932). Deze ‘grande demeure’ is een modern kasteel, inclusief een cirkelvormige oprit voor de auto’s en een grote spiegelvijver. De afmetingen zijn indrukwekkend : 3 800 vierkante meter vloeroppervlakte, waarvan 1 800 woonruimte en 830 vierkante meter terras.

Na een bezoek aan het Raadhuis van Hilversum besloot Mallet-Stevens om lichtgele baksteen te gebruiken. Ook in de gevelcompositie is een verwantschap met W.M. Dudok aan te wijzen. Op het gebied van comfort en technische uitrusting was alles vooruitstrevend.

Het is een totaalontwerp tot in de kleinste details. Mallet-Stevens zorgde ook voor kunstintegratie. Na de oorlog is de villa opgedeeld en uiteindelijk verkocht aan een vastgoedontwikkelaar die de villa wilde slopen om het park te verkavelen. Onder druk van omwonenden werd een bouwaanvraag geweigerd. De ontwikkelaar zette vervolgens de ramen en deuren open, met vandalisme als gevolg. De meubelen zijn in 1987 bij Sotheby in Monaco verkocht.

Zelfs na de officiële bescherming in 1990 ging de vernieling verder. In 2001 kocht de Franse staat de ruïne. Pas na tien jaar startte de restauratie, met een megaprijskaartje van 23 miljoen euro. Met behulp van foto’s is het vaste meubilair gereconstrueerd, evenals de ingebouwde verlichting. De wijnkelder is ingericht als informatieruimte over het gebouw en de restauratie ervan.

Villa Cavrois is nu in beheer van het Centre des Monuments Nationaux, dat ook de Villa Savoie van Le Corbusier openstelt voor het publiek. Voor wie vanaf midden juni naar het zuiden reist, is een stop in Croix zeer de moeite waard.



Een gezinswoning

De villa, die gebouwd werd tussen 1929 en 1932, werd besteld door Paul Cavrois, bij de architect Robert Mallet-Stevens voor een gezin met zeven kinderen en huispersoneel. De villa, die bekleed is met gelé parementstenen, die vastgezet werden op het betonnen skelet en de dubbele muren van rode baksteen, werd ontworpen als totaaikunstwerk en is een exemplarisch geval van homogeniteit tussen architectuur, decoratie en meubilair. Ze vertegenwoordigt het technisch en esthetische manifest van de architect, door de zorg die werd besteed aan de materialen en aan de inrichting.


Een ongelukkig lot

De villa wordt tussen 1940 en 1944 bezet door de Duitse troepen. Aan het einde van de oorlog raakt het huis beschadigd. Bij zijn terugkeer, in 1947, doet Paul Cavrois een beroep op de architect Pierre Barbe voor het bouwen van twee appartementen voor zijn oudste zonen. De villa wordt bewoond door het gezin tôt in 1985. Het jaar daarop wordt ze verkocht aan een vastgoedmaatschappij die het park wilt verkavelen. Ondanks de klassering van de villa, van rechtswege, als historisch monument, in 1990, wordt deze niet meer onderhouden door de eigenaar, die de plunderaars hun gang laat gaan. In 2001, koopt de staat het eigendom, dat er erg aan toe is en vertrouwt het toe aan het Centre des monuments nationaux, op 31 december 2008.


De restauratie


In 2003 start de staat met grote werken voor de restauratie van de villa, in verschillende fasen, bestaande uit de versteviging van de structuren, de restauratie van de omheinde en overdekte zones, de tuin en de binnenruimtes. De restauratie wil de villa in haar historische, oorspronkelijke staat, van de inhuldiging in 1932, herstellen. Het initiële volume van de vertrekken en de inrichting worden op identieke wijze hersteld, aan de hand van oudefoto's en de archeologische sporen van de gebouwstructuur. De verlichting, de ingebouwde meubels zoals de rekken en de banken worden heropgebouwd in de oorspronkelijke materialen. Het parket, het metalen lijstwerk, het marmer worden gerestaureerd of gereconstrueerd. Bij de restauratie van het park wordt het subtiele niveauverschil van het oorspronkelijke terrein hersteld, alsook het exacte verloop van de paden en worden de plantensoorten opnieuw aangepland, dankzij identificatie op oude foto's. De waterpartij, die dichtgegooid werd tijdens de oorlog, en het zwembad worden in hun oorspronkelijke staat hersteld. Deze restauratie werd geleid door het Régionale Bestuur van culturele zaken van Nord-Pas-de-Calais en daarna door het Centre des monuments nationaux, tussen 2009 en 2015. De villa maakt sinds 2012 deel uit van een wereldwijd programma voor het behoud van emblematische huizen uit de twintigste eeuw : " lconic Houses ".

Robert Mallet-Stevens (1886-1945)


Architect, geboren in Parijs, in een familie van Belgische afkomst. Hij wordt beïnvloed door het werk van de Weense architect Joseph Hoffman, die het Stocletpaleis in Brussel ontwierp. Hij raakt geboeid door het werk van Frank Lloyd Wright en door het gedachtegoed van het Bauhaus in Duitsland en vindt inspiratie bij de Nederlandse beweging De Stijl. In 1929 is hij betrokken bij de oprichting van het tijdschrift L'Architecture d'aujourd'hui en van de Union des artistes modernes, waar hij de voorzitter van wordt. Hij is de ontwerper van de emblematische constructies, zoals de villa Noailles in Hyères (1923-1933), de bijzondere hôtels in de straat in Parijs die zijn naam draagt (1927-1930), maar ook van industriële gebouwen, garages, winkels, tentoonstellingspaviijoenen. Tussen 1922 et 1928, maakt hij de décors voor een tiental films waaronder L'inhumaine van Marcel L'Herbier. Al zijn realisaties streven naar geometrische precisie in de vormen, eenvoud in de volumes en functionaliteit van de ruimtes. Hij wordt benoemd tôt directeur van de School voor schone kunsten van Rijsel, in 1935. Bij zijn overlijden worden al zijn archieven vernietigd, op zijn eigen verzoek.


De context van de opdracht


Na, in 1925, een eerste ontwerp van een woning besteld te hebben bij Jacques Gréber, die er geen gevolg aan geeft, wendt Paul Cavrois zich tôt Robert Mallet-Stevens. Hij wil een groot, modem huis op een stuk grond in Croix, in de toen nog landelijke regio Beaumont. Hij drukt de wens uit om zich te onderscheiden van de traditionele gebouwen in de streek door een beroep te doen op een architect die furore maakte op de Exposition internationale des Arts décoratifs van 1925. De eerste tekeningen werden gemaakt in 1929. Het jaar daarop neemt Mallet-Stevens Paul Cavrois en zijn zoon Jean mee naar Nederland om het gemeentehuis van Hilversum te bekijken, dat ontworpen werd door Willem Dudok (1884-1974). Paul Cavrois geeft hem zijn goedkeuring om te werken in de modernistische en geometrische geest van dit gebouw en aanvaardt dat de gevels bekleed worden met gelé bakstenen die speciaal voor de villa gemaakt worden. De werken worden in juni 1930 aangevat.
Op 6 juli 1932, ter gelegenheid van het huwelijk van hun dochter Geneviève, huldigt het paar Cavrois het huis in.

De familie Cavrois


Paul Cavrois (1890-1965), die afstamt van de industriële bourgeoisie van Roubaix, bezit twee textielspinnerijen en een textielververij. In 1919 huwt hij met Lucie Vanoutryve (1891-1985), weduwe van zijn broer Jean, die gesneuveld was in de oorlog, in 1915. Uit hun huwelijk worden vier kinderen geboren die opgroeien in een gezin dat reeds drie kinderen telde uit het eerste huwelijk van Lucie met Jean Cavrois.


Praktische informatie

Rondleiding in de week
Boekenwinkel
De gids van dit monument is beschikbaar in de boekenwinkel, in de catégorie " Itinéraires " in 2 verschillende talen.

Bekijk de site in het Engels van het centrum van de Nationale Monumenten, door hier te klikken